Ik zou er elke dag wel een blog over kunnen schrijven.
Een paar zelfs.
Angst is overal.
Loerend in het donker, wachtend om de hoek.
En ik krijg er dan ook bijna altijd vragen over als mensen informeren naar coaching.
Angst kent vele gezichten.
Het kan heel concreet zijn in de vorm van specifieke dingen, activiteiten, situaties en onderwerpen (al dan niet met acht poten).
Maar het uit zich ook in fenomenen als onzekerheid, perfectionisme, verslaving, moeizame relaties, en meer algemeen in het onderdrukken van emoties en gevoelens.
Tijdens zo’n eerste gesprek leg ik altijd uit hoe ik hiernaar kijk, omdat het een beetje anders dan anders is, maar vooral heel veel hoop en opties biedt.
Wat de meeste mensen ‘angst’ noemen (of ‘ergens bang voor zijn’), zie ik namelijk helemaal niet zo.
Waar we bijna allemaal last van hebben, wat in mijn ogen Het Fundamentele Menselijke Probleem is, is een chronisch gevoel van onveiligheid.
En dat is niet hetzelfde als bang zijn.
Een chronisch gevoel van onveiligheid is heel persoonlijk, en vooral bepaald door onze vroegste ervaringen, toen overleven prioriteit nummer één was en we afhankelijk waren van de grote mensen om ons heen die vaak ook maar wat deden.
Het is een uiterst primair en krachtig gegeven, dat we vrijwel nooit herkennen.
Het wordt gevoed door een enorme hoeveelheid onbewuste aannames en conclusies van jaren geleden, die er nu voor zorgen dat we ons heel specifiek gedragen, en leven volgens allerlei dwingende, onzichtbare patronen.
Een chronisch gevoel van onveiligheid gaat vooraf aan alles wat we doen en is altijd aanwezig, terwijl ‘echte’ angst juist een reactie op een situatie is, en dus tijdelijk.
Ik weet niet zeker of we als mens volledig zonder angst kunnen leven, en ik vind het eigenlijk ook geen relevant doel.
Het mechanisme van pure angst, en dan natuurlijk tijdens écht levensbedreigende situaties, is namelijk veel te belangrijk en krachtig.
Die angst, dat primitieve systeem, kan ons op allerlei manieren redden uit ervaringen waar we tijdelijk boven onszelf moeten uitstijgen, waar we voor eventjes behoefte hebben aan meer helderheid en snelheid en kracht en moed of blind vertrouwen.
Angst hoeft dus niet weg, en kan dat waarschijnlijk ook niet, en dat maakt ook helemaal niks uit.
Want wat ik inmiddels weet is dat je misschien niet zonder angst kunt leven, maar wél met een gevoel van fundamentele veiligheid.
En dat is niet hetzelfde als nooit meer bang zijn.
Het is een solide ondergrond die zich niet laat wegslaan door wat voor mentale oprisping of fysieke sensatie dan ook.
Fundamentele veiligheid is niet verstandelijk, het is geen idee, geen gedachte, en het heeft niets te maken met hoe sterk je bent als mens.
Het is een diepe realisatie die je met je meedraagt, iets dat je op een gegeven moment weet en herkent en kent, maar niet met je hoofd.
Het is daar volkomen onafhankelijk van.
Sterker nog: je kop kan moord en brand schreeuwen, de grootste rampscenario’s verzinnen, en in enorme hoofdletters beweren dat het einde der tijden nu toch echt is aangebroken, maar dat raakt je dan allemaal veel minder.
Je kunt alles gewoon voelen zonder het idee te hebben dat de wereld vergaat.
Of dat jij vergaat.
Je kunt angst voelen.
Paniek.
Onzekerheid.
Boosheid.
Nervositeit.
Twijfel.
Verdriet.
En zélfs al het verdriet dat onder het verdriet zat wat je ook al niet durfde te voelen.
Alles, dus ook al die andere dingen die we lang niet allemaal waarderen en meestal uit de weg gaan omdat we ons er onveilig onder voelen.
Fundamentele veiligheid is een natuurlijk gegeven dat we zijn vergeten.
Het is een feit dat voorafgaat aan de feiten.
En het is onafhankelijk van je stemmingen en je omgeving, van situaties of van welke ervaring dan ook.
Dus ook angst.
Wil je dat ontdekken?
Wil je dat?
Dan zou ik mij nu maar ‘ns gaan mailen.